Thuiskomen | Mensen | Beelden | Contact | Zoom

Simonne Himschoot

Een getuige van 200 jaar OLVI

Simonne
Himschoot


Het Onze-Lieve-Vrouwinstituut bestaat 200 jaar. Langer dan ons dierbaar vaderland. Tweehonderd jaar geleden zakte ene mère Julie Billiart af naar Zele om er op vraag van pastoor Sinave een klooster en een school te stichten. Verwacht hier van mij geen geschiedkundige bijdrage over het wel en wee van die twee voorbije eeuwen. Ik ging op de koffie bij Simonne Himschoot. Simonne was ooit leerling in het ‘Pensionnat des Soeurs de Notre Dame de Namur’ en later was ze achtentwintig jaar lerares in dezelfde school die toen het Onze-Lieve-Vrouwinstituut noemde. Hoewel Simonne vijfentachtig lentes telt, is haar geheugen nog up-to-date. Het is het een boeiende babbel geworden over zoveel jaar school en doorheen haar verhaal kwam ik tot de ontdekking dat het Ancien Regime echt niet ver achter ons ligt.

Simonne heeft geen Zeelse roots. Ze zag het levenslicht op 30 augustus 1926 in Baasrode. Haar vader was sectieoverste bij de accijnzen. Van Baasrode verhuisde het gezin Himschoot naar Waregem om even later terug te keren naar het Scheldedorp om dan zich definitief te vestigen in Zele. Zijn taak was brouwerijen, azijnbrouwerijen, winkels die geestrijke dranken sleten te controleren.  

Dat was een hoop schrijfwerk en dito berekeningen. Simonne herinnert zich nog goed hoe hij ’s avonds de inhoud berekende van vaten uit de brouwerij. Computers waren nog sciencefiction en dus was het berekenen een samenspel van volumes van cilinders en afgeknotte kegels. Bewerkingen, vertelt Simonne, tot zoveel cijfers na de komma. Bij de accijnzen telden ook toen al de komma’s.

Toenmalige voorgevel van het Pensionnat des soeurs de notre Dame   Het Kapelhof

Simonne was twaalf toen ze in het najaar van 1938 naar Zele verhuisde. Omwille van de goede naam van de school en omdat het een zusterschool was, lieten haar ouders ervoor om hun enig kind inschrijven in het ‘Pensionnat des Soeurs de Notre Dame de Namur’, zo heette de school toen. In Baasrode zat ze in het zevende studiejaar maar omdat ze van een ‘boerenschooltje’ kwam, oordeelde de maseur dat ze voor alle veiligheid best degradeerde naar de zesde klas. De school van toen kende duidelijk een apartheidsregime. Je had enerzijds de betalende en anderzijds de niet-betalende leerlingen. De eersten kwamen terecht in het ‘Pensionnat des Soeurs de Notre Dame’. Oude foto’s geven een beeld van hoe het er toen aan toe ging. Meisjes, stijf deftig in zwart uniform gekleed die poseren voor de fotograaf.

 

Ook de speelplaats was apart, duidelijk afgescheiden met een hek van de andere afdeling. Het ‘Pensionnat’ had een vrij goede faam en meisjes uit de wijde omgeving zelfs uit het buitenland, kwamen op internaat om zich te bekwamen in de Franse taal. We spreken over de tijd dat alles nog in ’t Frans verliep. Begin jaren dertig is ons onderwijs dan vernederlandst en werden Franssprekende scholen in het Vlaamse land verplicht de lessen in het Nederlands te geven. Door deze wetten zagen vele internaten het leerlingenaantal dalen maar het bleef chique om in de wandelgangen het Frans als voertaal te gebruiken. Een mooie anekdote was deze van het toiletbezoek. Onder leiding van een maseur mochten de meisjes naar het toilet. Als het iets te lang duurde, zei de non: Allez, dépechez-vous wat de meisjes vrij snel omzetten in: allez, dépissez-vous

Simonne Himschoot in de tweede moyenne met haar klasgenoten  

In de naweeën van zo’n school kwam ons Simonne terecht doen ze in 1938 haar intrede deed op de Kouter. Het ‘Pensionnat’ telde twee klassen: het vijfde en zesde leerjaar zat samen en ook het middelbaar (de eerste, tweede en derde ‘moyenne’) vormden één groep. Al vrij vlug toonde Simonne dat de maseur de bal had misgeslagen toen ze haar in de zesde klas indeelde, Simonne deed het schitterend en was de primus van de klas, al heeft ze dat niet graag dat ik dat hier schrijf. Bescheidenheid is een van haar deugden.
Als Simonne vertelt over die goede oude tijd, moet ik meermaals mijn wenkbrauwen fronsen. De ‘gewone’ kinderen hadden een ingang langs de Koevliet, de ‘pensionnaires’ mochten langs de hoofdingang komen naast de Kouterkapel. Simonne woonde in die jaren op de Lokerenbaan en kwam iedere dag te voet naar school. Ze was echter ‘demi-pensionnaire’ wat betekende dat ze ’s middags warm bleef eten. Iets wat ze niet zo erg apprecieerde want de anderen hadden hun boterhammen bij en Simonne moest samen met een andere leerlinge en een leerkracht apart eten. De meisjes van het ‘Pensionnat’ behoorde allemaal tot de burgerij of de ‘elite’ van Zele, mensen die het konden betalen dus.

Simonne (tweede van links) in 1939
 

Vooral de nonnen maakte indruk op de jonge Simonne. Zo was er soeur Madeleine de Sacré Coeur die haar pupillen tot de orde riep met een ‘knipperke’. Discipline, beleefdheid en etiquette kregen onze ‘pensionaires’ mee met de paplepel. Vooral het ontzag voor Eerwaarde Moeder was bijzonder groot. Tussen het gebouw aan de straatkant en het klooster was destijds een glazen gaanderij. Als Mère Superieur op de speelplaats verscheen, moest iedereen het spel staken, zwijgen en voor haar een réverence, een kniebuiging maken. Simonne moet er nog om lachen. Die zuster die stapte niet over de speelplaats, ze schreed over de koer, dat was echt indrukwekkend.

Over het onderwijs is Simonne zeer te spreken. Het was niet van de poes, vertelt ze, ook in het lager kregen we veel dictee, grammaire en Franse gedichten.
 

Ook al was het onderwijs vervlaamst, er werd veel nadruk gelegd op het Frans. Ook de rapporten, de bulletins waren eentalig Frans. Voor moedertaal en Frans kregen ze punten voor grammaire, orthographe , rédaction, lecture et diction. Daarnaast waren er ook nog punten te verdienen voor arithmétique, histoire, géographie, sciences naturelles, hygiène et économie domestique, documents commerciaux, anglais, écriture, dessin, en ouvrages à l’aiguille en coupe. Om het pakket te vervolledigen kregen ze ook nog solfège, chant en piano. Last but not least was er ook de étude de la réligion. Een hele boterham als je ’t mij vraagt. Na iedere trimester kreeg je dan ook nog een graad van uitmuntendheid toegekend. Bij de plechtige prijsuitdeling sprak men dan ook over médaille d’excellence als je meer dan 90 % haalde en over ruban (lintje) als je meer dan tachtig scoorde.

Voorblad Rapport  

Bulletin

Na de tweede ‘moyenne’ trok Simonne naar de normaalschool, de Presentatie in Sint-Niklaas. Ze volgde er de twee voorbereidende jaren en daarna koos ze voor het letterkundig regentaat. Op haar twintigste, in 1946 dus, haalde Simonne haar diploma. Ze kon aan de slag in Zele, in Lokeren en in Gijzegem. In Zele was Martha Vermeulen toendertijd directrice. De Grijze Hertog, noemde men haar. Enerzijds omwille van haar grijze haren maar anderzijds omdat ze de school met strenge hand leidde. De leerkrachten werden in die tijd nog betaald door de directrice en het was in de mond dat ze haar leerkrachten niet gaf waar ze recht op hadden. Zo ‘katholiek’ was het dus niet. Daarom koos ik voor de Presentatie in Lokeren, vertelt Simonne, maar eigenlijk liep ik van de klaveren naar de biezen want die betalingspraktijken kenden ze blijkbaar in Lokeren ook. Na verloop van tijd is er door toedoen van de vakbonden een eind gekomen aan deze praktijken en werd onze wedde op de postcheque gestort.

Twee schooljaren lang heeft ze Frans gegeven in Lokeren maar toen ze trouwde, werd ze bedankt voor de moeite. Getrouwde vrouwen in het katholiek onderwijs was uit den boze in die jaren. Haar man, Jan Van Driessche, had ze leren kennen in de KBMJ ( de Katholieke Burger- & Middenstands Jeugd). Na een filmavondje (een film over de heilige Bernadette Soubirous nota bene) begon hun romance die eindigde met hun huwelijk in augustus 1948.

 

Simonne als meisje van 18

  Simonne Himschoot als meisje van achttien
Simonne werd moeder aan de haard en in acht jaren kreeg ze vier kinderen: Hilde (1949), Lutgard (1951), Johan (1952) en Kristien (1957). Ondanks het feit dat ze thuis was, bleef de onderwijsmicrobe kriebelen. Jarenlang heeft ze in de Kouterschool avondles Frans gegeven. Die avondschool deed ik echt voor mijn plezier, zegt Simonne, want ik kreeg daar maar 50 frank per uur (1,25 euro). Veel was dat niet, maar ik was er blij mee en vooral ik deed het graag, zegt Simonne. Toen er een examen werd uitgeschreven voor een leerkracht Frans in de herscholing voor steno-dactylo, waagde Simonne haar kans en ze werd aangeworven. Dat moet ergens midden jaren vijftig geweest zijn. Op een bepaalde dag kregen we ministerieel bezoek, vertelt ze, en ook den tv (het NIR) kwam er filmen. ’s Avonds werd dat uitgezonden en ik trok bij Gabriël  

Vercauteren om in zijn winkel naar die beelden te kijken. Die eerste keer dat ik mezelf zag op tv, dat deed echt raar!
Samen met haar man bouwden ze met de wet De Thaey een huis op de Durmenbaan, nu Huis Ten Halvestraat. Het huis waar ze nu al meer dan zestig jaar woont. Hoe we dat gedaan hebben, ik zou het echt niet weten, gaat Simonne verder. We leefden alleszins in een andere tijd en de behoeften lagen duidelijk anders dan nu. Ik heb alleszins regelmatig bijgeklust. Ik heb veel mensen en jongeren geholpen. Ik heb zelfs nog uitgelegd hoe je een vierkantswortel moet berekenen. Grote sommen heb ik daar niet mee vergaard, ik deed het om mensen te helpen, bekent Simonne.

Mevrouw Van Driessche voor de klas  

In 1958 waren er leerkrachten tekort in het onderwijs en kon Simonne terug aan de slag in haar oude school die inmiddels was herdoopt in het Onze-Lieve-Vrouwinstituut. Het tekort was zelfs zo erg dat ze geen licentiaten vonden om les te geven in de hogere cyclus en dus mochten regentessen dit doen. Simonne mocht Frans geven in de hogere cyclus in het vierde, vijfde en zesde jaar handel. 28 jaar lang heeft ze dat met hart en ziel gedaan. Mevrouw Van Driessche was een strenge maar een goede, zeiden haar leerlingen. Bij de start was het erg belangrijk dat deze meisjes het goed deden want daar hing de erkenning van de handelsrichting van af. De meisjes werden geëxamineerd in Gent en wij als leraressen waren razend benieuwd hoe ze het er vanaf gebracht hadden. Ze hebben het gewoon schitterend gedaan.
Ook al was het ‘maar’ een handelsrichting, we zijn altijd verdomd fier geweest op het niveau dat wij met onze leerlingen haalden, zegt Simonne met enige fierheid. In onze school was er maar humaniora tot het derde jaar. Vele meisjes bleven echter bij ons op school en volgden verder de handel. Vele leerlingen hebben met succes verder gestudeerd en de anderen vonden probleemloos werk. Wij waren echt fier op onze leerlingen, glundert Simonne.

Mevrouw Van Driessche voor de klas. Bemerk de schorten van de leerlingen die toen nog verplicht waren.

Ook heeft ze mooie herinneringen aan de schoolreizen die ze maakten met de leerlingen: Nederland, Parijs en Londen. Als we naar Parijs gingen, vertelt Simonne, moesten we steevast een ommetje maken langs het geboortehuis van mère Julie. Eigenlijk was dat een serieuze omweg maar voor de zusters die meereisden was dat ongetwijfeld het hoogtepunt van hun reis. De zusters gingen dan steevast op bezoek bij hun medezusters in de buurt maar voor ons was dat verloren tijd. Gelukkig heeft Josée Standaert na enkele jaren dat bezoekje afgevoerd zodat we rechtstreeks naar Parijs konden.

Reizen heeft Simonne met haar gezin ook geregeld gedaan. Meestal waren dat vakanties georganiseerd door de Bond van Grote en Jonge Gezinnen (de huidige Gezinsbond). Zij waren een van de eerste gezinnen in Zon & Zee in Westende en ook zijn ze verschillende malen in Sankt-Moritz in Zwitserland geweest.
  Simonne Himschoot op een van haar klasfoto's

Het gezin lag altijd in de bovenste schuif bij Simonne en haar man Jan. Ze hebben vier kinderen en zeven kleinkinderen en ook nog een Amerikaanse ‘zoon’: Bob. Toen Johan in het laatste jaar van de humaniora (1969-1970) zat heeft Bob een jaar bij de familie Van Driessche gewoond. Het was een uitwisselingsprogramma via ‘American Field Service’. Bob liep samen met Johan school en moet zich blijkbaar erg thuis gevoeld hebben in ons Zele want after all those years houdt Bob nog altijd contact en als het mogelijk is, steekt hij de plas over voor een bezoekje. Voor de begrafenis van Jan is hij speciaal afgekomen om afscheid te nemen.

 

In 1986 is Simonne met pensioen gegaan. 21 jaar lang heeft ze samen met haar Jan mogen genieten van die zalige tijd. Stilzitten was er niet bij. Jan had een oeverloze interesse in alles wat met heemkunde te maken had en Simonne was actief in onze parochiale bibliotheek. Ook in het rustoord van ons OCMW heeft ze jarenlang iedere week de bewoners van leesvoer voorzien. Lezen is één van haar passies. Op haar tafel ligt de klopper ‘Congo’ van David Van Reybrouck en iedere dag begint steevast met de Standaard. Samen hadden Jan en Simonne een passie voor wandelen. Iedere week trokken ze er minstens één keer op uit om samen de benen te strekken om te genieten van al die mooie natuur die Vlaanderen rijk is.

Simonne Himschoot en Jan Van Driessche  

 

Eén van de mooiste dagen van hun pensionitis was ongetwijfeld hun gouden huwelijksjubileum. In 1998 hebben ze dat op een stralende dag in de oogstmaand gevierd samen met hun kinderen, kleinkinderen,  familie en vrienden. Simonne haalt er haar fotoboek bij. Ik zie foto’s van twee mensen die glunderen, die stralen, dankbaar om die voorbije vijftig jaar.

We waren al bezig met de voorbereiding van ons diamanten jubileum, zucht Simonne. Het heeft niet mogen zijn. In december 2007 is Jan overleden. 88 was hij. Vier jaar later mist Simonne hem nog iedere dag en als ze over haar ‘Jan’ spreekt is het altijd met een warmte en een dankbaarheid. Twee handen op één buik...

Lauwerkrans gouden jubileum   Simonne en Jan samen met al hun kinderen en kleinkinderen
Simonne Himschoot  

Gelukkig heeft ze nog haar kinderen en kleinkinderen. Ze weten de weg naar Zele en mama en oma leggen ze in de watten als het kan. Simonne is fier op haar kroost. Ze zijn ‘goe bezig’, zegt ze. Eén kleindochter springt er een beetje uit: Tineke van Ingelgem. Na haar Germaanse wou ze kost wat kost nog verder studeren en ze trok nog voor vijf jaar naar het Lemmensinstituut voor Zang. Als sopraan weet Tineke zich duidelijk te profileren de laatste jaren. Sommigen hebben haar gehoord bij de musical ‘Luna’ in Zele maar ze wist al rollen te versieren in opera’s in de Muntschouwburg en momenteel zingt ze de rol van gravin Maritza in het Oostenrijkse Linz. Ook heeft ze samen met haar vader Kristiaan al twee CD’s opgenomen. Simonne is er meer dan fier op.


Hoe kijk je terug op je leven, vraag ik haar. Simonne lacht. Ze hebben me altijd de hemel beloofd na dit aardse leven. Ik mag zeggen, bekent Simonne, dat ik mijn hemel hier op aarde heb gevonden. Ik ben dankbaar en blij om al wat ik gekregen heb, om al wat ik heb mogen geven… De vriendschap van de mensen doet toch zo veel deugd. Op de kast staat het portret van haar Jan, hij bekijkt haar met een blik van dat heb je mooi gezegd, Simonne.

Mark
09.11.2011

Met dank aan de Heem- & Oudheidkundige kring
voor het mooie fotomateriaal van het ‘Pensionnat des Soeurs de Notre Dame’.

Herinneringen in sepia

Als toetje bij deze Mensen van bij Ons trakteer ik jou op een aantal mooie beelden in sepia.
PR is een modewoord van de laatste jaren maar ook in de jaren twintig kende ze dat ook al in het 'Etablissement des Soeurs de Notre Dame'.
Ze lieten een aantal postkaarten maken om hun 'Pensionnat' te promoten.

Stuk voor stuk pareltjes, getuigen van een brok onderwijsgeschiedenis.

Leerlingen van het Pensionnat op de speelplaats   Kapel
De koer (1925). Bemerk het hekkenwerk dat de twee speelplaatsen afbakende.
 
De kapel van de school
Refter   Slaapzaal met chambrettes
De refter
 
De slaapzaal met de bijhorende 'chambrettes'
Klaslokaal   Muziekklas
Een klaslokaal
 
De muziekklas
Speelzaal    
De speelzaal
   

Ieder jaar werd het feest van Mère Julie gevierd.
Voor dat feest werd een lied 'A notre Bienheureuse Mère Julie' gecomponeerd.
Een lofzang in zo maar eventjes 8 coupletten!
Later volgde dan een Nederlandse versie.

Lied ter ere van mere Julie
De betalende leerlingen   De niet-betalende leerlingen

Ook in de jaren stillekes was verkapte reclame schering en inslag.
Crème Cirage Lion Noir (boenwas) kwam de kindertjes op de gevoelige plaat leggen,
in de hoop de verkoopcijfers zo wat bij te spijkeren.
Twee groepen werden gefotografeerd: links de betalende leerlingen
en rechts hun niet-betalende collega's.
Alleen het schoeisel al spreekt boekdelen.


© Mark De Block

afdrukken

Een getuige van 200 jaar OLVI - Simonne HimschootThuiskomen